De oude wilg aanschouwt een metamorfose: “…In de glorie van mijn leven zag ik mensen komen en gaan, menigeen, te paard, op fiets of auto, bejaard en jong soms wachtende op de bus. Mensen hebben ideeën, deze worden geboren. Soms uitgevoerd, vaker teniet gedaan. De tijd waant ook ons dorp binnen en scharrelt, geld is leidend in het welzijn van mensen. Wel zijn, je mag even rusten op de nieuwe/oude bank geplaatst nabij de rotonde. Ik zag daar schreeuwende informatieborden. Aandacht vragend, terecht grote en nog groter, en ook plots weer verdwijnen. Mogelijk worden ze intussen wat netter gemaakt. Het gras groeit, de maaier van de gemeente is vaak te gehaast. De grond is sinds kort bewerkt.

Na intensieve bewerking met frees, kwam de zaaier. Op de akker strooide hij een gevarieerd bloemenmengsel. Verrassend, nu ben ik wachtende op het kiemen en op de zon. En dan in het najaar verwacht ik duizenden bloembollen aan mijn voet, mogelijk zullen ze in het vroege voorjaar, wanneer ik weer nieuw blad krijg volop bloeien. Tuinieren in het dorp noem ik dit, bloeiend Scharnegoutum wordt een tuindorp, ‘t is gout, en fraai met kleur, ‘t is Scharnegoutum dat plotseling boeit”.